Inleiding
In deze paragraaf Weerstandsvermogen en Risicobeheersing geven wij op basis van een risico-inventarisatie en -simulatie inzicht in de financiële weerbaarheid van de gemeente Utrechtse Heuvelrug. Dit doen wij aan de hand van de richtlijnen uit de Kadernota weerstandsvermogen en risicomanagement. Hieruit blijkt dat het weerstandsvermogen van de gemeente licht is afgenomen ten opzichte van de begroting 2022, met name door het inflatierisico. De kwalificatie van het weerstandsvermogen eind 2021 is 'uitstekend' volgens algemeen geaccepteerde normen.
Risico's
De doelstellingen en ambities van de gemeente kunnen worden verstoord door risico’s.
Een risico is een onzekere gebeurtenis met niet-begrote financiële gevolgen, die kan leiden tot het afwijken van de gestelde (financiële) doelstellingen en eisen. |
---|
Voorbeelden van risico's zijn een cyberaanval op de digitale systemen van de gemeente, een (natuur-)ramp, of een grootschalig incident.
Het is belangrijk dat de gemeenteraad bewust is van de risico’s en actief aan risicomanagement doet door maatregelen te nemen om de risico's te voorkomen of de gevolgen van risico's te beperken. Het doel van actief risicomanagement is te voorkomen dat een risico direct van invloed is op bestaand beleid, uitvoering en vastgestelde doelstellingen of de begroting.
Risicohouding
De manier waarop een gemeente met risico's omgaat, is afhankelijk van haar risicohouding. In de Kadernota weerstandsvermogen en risicomanagement (2011) is vastgesteld op welke wijze de gemeente Utrechtse Heuvelrug haar risico's wil beheersen. De gemeente kan op 4 maatregelen nemen om risico's te beheersen:
- voorkomen of vermijden van risico's (bijv. door activiteiten te staken);
- verminderen of beperken van risico's (bijv. door preventieve of corrigerende maatregelen);
- overdragen van risico's (bijv. door verzekeren);
- accepteren.
Weerstandscapaciteit
De benodigde weerstandscapaciteit is de financiële omvang van onderkende risico’s (het risicoprofiel) nadat beheersmaatregelen zijn genomen. Dit zijn de niet afgedekte risico's, ook wel het restrisico's genoemd. De financiële omvang wordt berekend op basis een statistische simulatie van de kans op het voordoen en het financieel gevolg van een risico. De benodigde weerstandscapaciteit is uitgewerkt in het
onderdeel Risicoprofiel.
De beschikbare weerstandscapaciteit wordt gevormd door de financiële middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt om de gevolgen van deze niet afgedekte risico’s op te vangen zonder dat het beleid of de uitvoering in gevaar komt. De financiële middelen en mogelijkheden bestaan onder andere uit het vrij aanwendbare gedeelte van de algemene reserve, de onbenutte belastingcapaciteit en de post onvoorzien.
Weerstandsvermogen
De verhouding tussen de beschikbare weerstandscapaciteit en de benodigde weerstandscapaciteit wordt weerstandsvermogen genoemd en wordt uitgedrukt in een ratio. Hoe hoger deze verhouding, hoe beter de gemeente in staat is de niet-afgedekte risico's op te vangen zonder gevolgen voor beleid en doelstellingen. Met de Kadernota weerstandsvermogen en risicomanagement heeft de raad als norm een ratio tussen 1,0 en 1,4 vastgesteld.
Risicoprofiel
Alle risico's die de gemeente loopt op enig moment, vormen gezamenlijk het risicoprofiel van de gemeente op een bepaald moment. De risico's worden periodiek binnen de P&C-cyclus geïnventariseerd en geüpdatet. De meest actuele inventarisatie is per 31 december 2021. De 10 grootste risico's zijn in onderstaande tabel samengevat.
Tabel 1: Belangrijkste financiële risico's | ||||||
Risiconr | Risico | Gevolgen | Maatregelen | Kans | Financieel gevolg | Invloed |
---|---|---|---|---|---|---|
R373 | Een hack of inbraak van de digitale bestanden en geautomatiseerde systemen van de gemeente. | Financieel - Kosten van het uitwijken voor de voorzetting van de dienstverlening en kosten van herstel van dienstverlening en gegevens. Mogelijk een boete van de AP indien de gemeente nalatig of onzorgvuldig heeft gehandeld., Imago - Gegevens kunnen door kwaadwillenden worden misbruikt. Een hack of inbraak schaadt het vertrouwen in de gemeente van inwoners en instellingen in die hun gegevens hebben toevertrouwd aan de gemeente. | In voorbereiding - Het vaststellen van beveiligingsbeleid en het nemen van diverse maatregelen zoals toegangsbeheer, back-up procedures, opleidingen, communicatie en het uitvoeren van audits. | 30% | max. € 4.000.000 | 38.25% |
R380 | Toenemende inflatie agv verstoring wereldeconomie door corona | Financieel - Dekkingsproblemen bij de begroting. | 90% | max. € 1.000.000 | 22.45% | |
R374 | Juridische aansprakelijkheidstelling in het algemeen. De maatschappelijke ontwikkeling is dat inwoners en instellingen de overheid meer aansprakelijk stellen voor genomen of niet genomen besluiten en veronderstelde geleden schade. | Financieel - Kosten van juridische bijstand en schadeclaims., Imago - Juridische aansprakelijkheidstelling in de publiciteit kan negatieve invloed hebben op het vertrouwen van inwoners en instelling in de gemeente. | 50% | max. € 800.000 | 10.82% | |
R352 | De behoefte en uitgaven aan jeugdhulp zijn hoger dan in de begroting is voorzien; met name een of enkele zorgtraject(en) welke tot onevenredig hoge kosten voor de gemeente kan leiden. | Financieel - Het gevolg van een algemene toename in volume is dat de uitgaven voor de jeugdhulp verder stijgen. Het betreft een open einderegeling, waarbij de toegang ligt in maatwerk in de gesprekken tussen inwoners en consulenten dorpsteams, huisartsen, jeugdartsen en kinderrechters. De gemeente heeft geen of weinig invloed op het zorgtraject. | Actief - Door het versnellen van de transformatie en meer inzet op preventie de behoefte aan jeugdzorg verminderen. Politieke inzet op toekenning van extra middelen vanuit het Rijk. | 70% | max. € 500.000 | 4.72% |
R361 | COVID19-epidemie en de gevolgen voor de gemeentelijke taken voor onder andere het sociaal domein, handhaving en veiligheid, belastingen, sport, recreatie en cultuur. | Financieel - Hogere uitgaven of lagere inkomsten voor genoemde taken als totaal geschat. | Actief - We zetten maximaal in op het ontvangen van compensatie vanuit het Rijk voor mogelijke hogere kosten en lagere inkomsten. | 50% | max. € 350.000 | 4.71% |
R353 | De behoefte aan Wmo voorzieningen stijgt nog verder en hiervoor verstrekt het Rijk geen aanvullende middelen. | Financieel - Het betreft een open einde regeling, waarbij de toegang ligt in maatwerk in de gesprekken tussen inwoners en consulenten dorpsteams. Daarbij worden de gevolgen zichtbaar van beperkingen in de toegang tot de Wet Langdurige zorg. | In voorbereiding - Door het versnellen van de transformatie en meer inzet op preventie de behoefte aan WMO voorzieningen verminderen. Politieke inzet op toekenning van extra middelen vanuit het Rijk. | 50% | max. € 500.000 | 3.38% |
R54 | Een lager kwaliteitsniveau van openbare ruimte en groenvoorzieningen leidt tot imagoschade en/of een toename van klachten. | Financieel - Kans op toename claims, Imago - Lager kwaliteitsniveau openbare ruimte en/of toename aan klachten | In voorbereiding - Communicatie op de gemeentesite plaatsen en actief communiceren om het vastgestelde ambitieniveau van de gemeente duidelijk te maken voor bewoners en bedrijven. De raad heeft in november 2020 extra middelen beschikbaar gesteld voor de uitvoer van de beheerplannen vanaf 2021. | 75% | max. € 300.000 | 3.03% |
R356 | Ombuigingen niet (volledig) gerealiseerd | Financieel - Lager begrotingssaldo | In voorbereiding - Vóór het inboeken van ombuigingsmaatregelen deze toetsen op haalbaarheid en uitvoerbaarheid. Zorgen voor SMART-afspraken m.b.t. realisatie en voortgang monitoren. | 80% | max. € 275.000 | 2.96% |
R6 | Meer schade aan infrastructuur door weersomstandigheden dan normaal gesproken mag worden verwacht. | Financieel - Lagere kwaliteit bij inspecties, financiele effecten om de openbare ruimte op het gewenste niveau te brengen | Geimplementeerd - Communicatie op de gemeentesite plaatsen en communiceren om het vastgestelde ambitieniveau van de gemeente duidelijk te maken voor bewoners en bedrijven. Aan de raad zijn bij de kadernota middelen gevraagd om noodzakelijk onderhoud en vervanging uit te voeren. Besluit is nog niet bekend. | 50% | max. € 350.000 | 2.35% |
R44 | Lokale instellingen met een maatschappelijk doel waarvoor de gemeente een gemeentegarantie heeft verstrekt en 1e borgsteller is, komen in financiële problemen. | Financieel - Gemeente wordt aangesproken om invulling te geven aan de afgegeven garantiestelling. | Suggestie - Periodiek bewaken of instellingen voldoen aan hun rente en aflossingsverplichting. Beoordelen Jaarstukken instellingen en hierover, indien noodzakelijk, gesprekken voeren. | 30% | max. € 570.000 | 2.30% |
Toelichting tabel 2:
Het maximale financiële gevolg van de tien grootste risico's is € 8,6 miljoen. Voor de overige risico's is het financiële gevolg € 2,9 miljoen. Het totale maximale financiële gevolg van alle risico's bedraagt per 31 december 2021 € 11,6 miljoen.
Ontwikkeling van het risicoprofiel
De ontwikkeling wordt geschetst ten opzichte van de laatste risico-inventarisatie (begroting 2022).
Maximale (ongewogen) financiële gevolg | Jaarrekening 2021 | Begroting 2022 | Wijziging |
---|---|---|---|
tien belangrijkste risico's | 8.645.000 | 7.938.000 | 707.000 |
overige risico's | 2.913.716 | 2.920.716 | -7.000 |
totaal | 11.558.716 | 10.858.716 | 700.000 |
Per saldo is er een risicotoename van € 0,7 miljoen ten opzichte van de laatste actualisatie bij
de begroting 2022, toen het totaalbedrag van de geïnventariseerde risico's € 10,9 miljoen bedroeg. De belangrijkste verklaring voor deze forse stijging is het maximale risico van inflatie dat is geschat op € 1,0 miljoen.
Mutaties in risico's
- De volgende risico's zijn nieuw (1):
R380- Inflatierisico
In januari 2022 steeg de inflatie in de maand januari met 7%. Oorzaak hiervoor waren de verstoringen in de wereldeconomie als gevolg van de coronaepidemie gevolgd door sterk economisch herstel. Belangrijkste aandeel in dit inflatiecijfer zijn de gestegen energieprijzen door sterke vraagstijging en een tekort aan goederen en grondstoffen door onvoldoende aanbod of toeleveringen. De DNB verwachtte in februari voor 2022 van ruim 4% met doorwerking in 2023 (2 jaar). Op 24 februari jongstleden is de inval van Rusland in Oekraïne een nieuwe factor die de inflatie verder heeft aangejaagd en waarbij vooral olie- en gasprijzen nog verder zijn gestegen. De verwachting van DNB is dat de oorlog de inflatie kan opstuwen tot zelfs 9%. Dit raakt de lopende begroting van 2022. Wij zijn uitgegaan van een inflatie over 2022 van 6% die deels wordt gecompenseerd door het gemeentefonds, wat een nadelig risico geeft tussen € 850.000- € 1.000.000.
- De volgende risico's zijn vervallen (1):
R310 - Onvoorziene reparaties openbare ruimte van Lange Dreef
Dit risico is niet meer van toepassing door beëindiging van dit project (- € 100.000).
- De volgende risico's zijn toegenomen (1):
R378 - Kosten van verbonden partijen
De stijgende inflatie en arbeidsmarkttekorten raken ook de uitvoering van taken van onze verbonden partijen. Er wordt rekening gehouden met een hogere kans (van 30% naar 50%) en hogere bijdrage (+ € 50.000) aan verbonden partijen als gevolg van deze factoren.
- De volgende risico's zijn afgenomen (2):
R361- Financiële risico's coronaepidemie
De financiële gevolgen van de coronaepidemie blijken mee te vallen en goed gedekt te kunnen worden met de ontvangen Rijksmiddelen of eigen dekkingsmiddelen. Ook lijkt de ergste fase van de epidemie voorbij. De risico's van onvoorziene uitgaven worden daarom lager ingeschat (- € 150.000).
R47 - Fasering onderhoud gemeentelijke gebouwen
Bij de begroting 2020 is gekozen voor een gefaseerde inbreng van de benodigde middelen (€ 580.000) voor het onderhoud aan gemeentelijke gebouwen gebaseerd op een onderhoudsplan: 0% in 2021, 50% in 2022, 75% in 2023 en 100% in 2024. Het risico van onvoorziene uitgaven vermindert in 2022 derhalve met 50% van € 580.000 is € 290.000.
Benodigde weerstandscapaciteit
De benodigde weerstandscapaciteit wordt berekend aan de hand van de geïnventariseerde financiële risico’s en de zogenaamde ‘Monte Carlo simulatie’. Dit is een gewogen risicosimulatie waarbij rekening is gehouden met de kans op voordoen van een risico en het ingeschatte financiële effect, met de aanname dat de risico’s zich niet allemaal gelijktijdig en in hun maximale omvang voordoen.
Voor het bepalen van de benodigde weerstandscapaciteit is een Monte Carlo simulatie uitgevoerd met een waarschijnlijkheidspercentage van 90%. Hieruit volgt dat met een waarschijnlijkheid van 90% kan worden gesteld dat de benodigde weerstandscapaciteit € 6.488.338 bedraagt.
Berekening beschikbare weerstandscapaciteit
De weerstandscapaciteit bestaat uit de algemene reserve, de onbenutte belastingcapaciteit en de stelpost onvoorziene uitgaven.
Tabel 2: Berekening beschikbare weerstandscapaciteit | (Bedragen x €1.000) | ||
Omschrijving | Jaarrekening | Begroting 2021 | Jaarrekening |
---|---|---|---|
Algemene reserve (Vrij aanwendbaar) | 6.927 | 8.172 | 8.520 |
Onvoorziene uitgaven | 0 | 124 | 0 |
Onbenutte belastingcapaciteit | 5.346 | 5.346 | 6.239 |
Totale weerstandscapaciteit | 12.273 | 13.642 | 14.759 |
Toelichting tabel 2:
De toename van de algemene reserve en de onbenutte belastingcapaciteit zorgen voor een hogere beschikbare weerstandscapaciteit.
De algemene reserve is toegenomen door dotatie van het positieve saldo van de jaarrekening 2020. De sterke lokale stijging van de woningwaarden in combinatie met het verschil tussen de gemiddelde landelijke OZB-tarieven plus 20% (de norm voor toelating tot artikel 12 van de Fvw) en onze relatief lage lokale OZB-tarieven, hebben geleid tot een stijging van de onbenutte belastingcapaciteit.
Beoordeling van het weerstandsvermogen
Om te bepalen of het huidige weerstandsvermogen toereikend is, wordt de benodigde weerstandscapaciteit (die uit de risicosimulatie voortvloeit) afgezet tegen de beschikbare weerstandscapaciteit. De uitkomst van deze berekening vormt het weerstandsvermogen en wordt uitgedrukt in een ratio. Daarbij geldt: hoe hoger de ratio, hoe groter het vermogen om weerstand te bieden aan de financiële gevolgen van optredende risico’s.
Voor de beoordeling van de ratio wordt een norm gehanteerd die door bureau Naris in samenwerking met de Universiteit Twente is ontwikkeld. Deze norm wordt landelijk veel toegepast bij gemeenten.
Tabel 3: Weerstandsnorm | ||
---|---|---|
Waarderingscijfer | Ratio | Betekenis |
A | > 2.0 | Uitstekend |
B | 1.4-2.0 | Ruim voldoende |
C | 1.0-1.4 | Voldoende |
D | 0.8-1.0 | Matig |
E | 0.6-0.8 | Onvoldoende |
F | < 0.6 | Ruim onvoldoende |
Toelichting tabel 3:
Berekening ratio:
Ratio weerstandsvermogen = | Beschikbare weerstandscapaciteit | = | € 14.759.000 | = 2,27 |
---|---|---|---|---|
Benodigde weerstandscapaciteit | € 6.488.000 |
Op basis van de landelijke norm kwantificeren we het weerstandsvermogen als 'uitstekend'.
Tabel 4: Berekening ratio weerstandsvermogen: | (bedragen x € 1.000) | ||
Omschrijving | Jaarrekening | Begroting | Jaarrekening |
---|---|---|---|
Beschikbare weerstandscapaciteit | 12.273 | 13.642 | 14.759 |
Benodigde weerstandscapaciteit | 5.493 | 3.207 | 6.488 |
Ratio weerstandsvermogen | 2,23 | 4,25 | 2,27 |
Toelichting tabel 4:
De meest recente berekening van de ratio weerstandsvermogen was bij de begroting 2022 (2,78).
De afname van de ratio met 0,51 in deze jaarrekening 2021 tot 2,27 is het voornamelijk het gevolg van een sterkere stijging van de financiële risico's (met name door toevoeging van het inflatierisico), in verhouding tot een lagere stijging van de weerstandscapaciteit door toename van de algemene reserve en onbenutte belastingcapaciteit.
Financiële kengetallen
In artikel 11 van het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) is bepaald dat in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing van de begroting en het jaarverslag, financiële kengetallen worden opgenomen voor achtereenvolgens:
De netto schuldquote, de netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen, de solvabiliteitsratio, de structurele exploitatieruimte, de grondexploitatie en de belastingcapaciteit.
Deze kengetallen geven inzicht in de financiële positie van de gemeente op basis van de balans. De definities van de kengetallen zijn vastgelegd in een ministeriële regeling (Regeling vaststelling wijze waarop kengetallen worden vastgesteld en opgenomen in begroting en jaarverslag).
Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft de volgende signaleringswaarden voor de kengetallen gegeven:
Signaleringswaarde Kengetallen | Categorie A | Categorie B | Categorie C |
---|---|---|---|
minst risicovol | neutraal | meest risicovol | |
netto schuldquote | < 90% | 90 - 130 % | > 130 % |
netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen | < 90% | 90 - 130 % | > 130 % |
solvabiliteitsratio | > 50% | 20 - 50 % | < 20% |
grondexploitatie | < 20% | 20 - 35 % | > 35% |
structurele exploitatieruimte | > 0% | 0% | < 0 % |
belastingcapaciteit | < 95 % | 95 - 105 % | > 105 % |
Kengetallen | Realisatie | Begroting | Realisatie | |
---|---|---|---|---|
2020 | 2021 | 2021 | ||
1a. Netto schuldquote | 107,0% | 123,1% | 98,7% | |
1b. Netto schuldquote gecorr. voor alle verstrekte leningen | 102,4% | 121,4% | 97,0% | |
2. Solvabiliteitsratio | 6,7% | 5,9% | 9,1% | |
3. Grondexploitatie | 4,3% | 6,2% | 5,1% | |
4. Structurele exploitatieruimte | 2,3% | 0,6% | 4,5% | |
5. Gemeentelijke belastingcapaciteit | 130,0% | 135,4% | 130,6% |
De netto schuldquote
De netto schuldquote geeft de verhouding aan tussen de totale netto schuld van de gemeente, zijnde schulden minus financiële activa exclusief verstrekte leningen, en de baten. Het is een indicatie van de mate waarin de rentelasten en aflossingen op de exploitatie drukken. Een laag percentage (lager dan 90%) is gunstig.
- Vaste schulden (cf. art. 46 BBV)
- Netto vlottende schuld (cf. art. 48 BBV)
- Overlopende passiva (cf. art. 49 BBV)
- Financiële activa (cf. art. 36 lid d, e en f)
- Uitzettingen < 1 jaar (cf. art. 39 BBV)
- Liquide middelen (cf art. 40 BBV)
- Overlopende activa (cf. art. 40a BBV)
- Totale baten (cf. art. 27 lid 1 sub c BBV excl. mutaties reserves)
- Netto schuldquote = (A+B+C-D-E-F-G)/H x 100%
De netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen
De definitie van de netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen, is gelijk aan de definitie van de netto schuldquote met dien verstande dat alle financiële activa (D incl. art. 36 b en c) in de berekening worden betrokken, ook alle verstrekte leningen.
Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen = (A+B+C-D-E-F-G)/H x 100%
De solvabiliteitsratio
Dit kengetal geeft inzicht in de mate waarin de gemeente in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Onder de solvabiliteitsratio wordt verstaan het eigen vermogen als percentage van het balanstotaal. Het eigen vermogen van een gemeente bestaat volgens artikel 42 BBV uit de reserves (zowel de algemene reserve als de bestemmingsreserves) en het resultaat uit het overzicht van baten en lasten.
- Eigen vermogen (cf. art. 42 BBV)
- Totaal passiva (cf. art. 41 resp. 47 BBV)
Solvabiliteit = (A/B) x 100%
De grondexploitatie
Dit kengetal geeft weer hoe de waarde van de grond zich verhoudt tot de totale (geraamde) baten.
De boekwaarde van de voorraden grond is van belang, omdat deze waarde moet worden terugverdiend bij de verkoop.
Het is dus belangrijk om te kunnen beoordelen of er een reële verwachting is dat een grondexploitatie kan bijdragen aan de verlaging van de schuld. Staat de grond tegen een te hoge waarde op de balans dan moet die worden afgewaardeerd en dat leidt tot een lager eigen vermogen en dus een lagere solvabiliteitsratio.
- Niet in exploitatie genomen bouwgronden (cf. art. 38 lid a punt 1 BBV)
- Bouwgronden in exploitatie (cf. art.38 lid b BBV)
- Totale baten (cf. art. 27 lid c BBV excl. mutaties reserves)
Grondexploitatie = (A+B)/C x 100%
De structurele exploitatieruimte
Dit kengetal is van belang voor de beoordeling van de structurele ruimte die een gemeente heeft om de eigen lasten te dragen, of welke structurele stijging van de baten of structurele daling van de lasten daarvoor nodig is.
Voor de beoordeling van het structurele en reële evenwicht van de begroting wordt onderscheid gemaakt tussen structurele en incidentele lasten. De structurele exploitatieruimte wordt bepaald door het saldo van de structurele baten en lasten en het saldo van de structurele onttrekkingen en toevoegingen aan reserves te delen door de totale baten. De uitkomst wordt uitgedrukt in een percentage.
- Totale structurele lasten
- Totale structurele baten
- Totale structurele toevoegingen aan de reserves
- Totale structurele onttrekkingen aan de reserves
- Totale baten
Structurele exploitatieruimte = ((B-A)+(D-C))/(E) x 100%
De belastingcapaciteit
De belastingcapaciteit geeft inzicht hoe de belastingdruk in de gemeente zich verhoudt ten opzichte van het landelijke gemiddelde. Dit begrip heeft een andere definitie dan het begrip onbenutte belastingcapaciteit uit de paragraaf Lokale heffingen en is daarmee niet vergelijkbaar
De definitie van het kengetal belastingcapaciteit is:
Woonlasten van een meerpersoonshuishouden in het begrotingsjaar ten opzichte van het landelijk gemiddelde in het jaar voorafgaand aan het begrotingsjaar, uitgedrukt in een percentage. De ruimte die een gemeente heeft om zijn belastingen te verhogen, wordt vaak gerelateerd aan de totale woonlasten. Onder de woonlasten worden verstaan de OZB, de rioolheffing en afvalstoffenheffing voor een woning met gemiddelde waarde in die gemeente.
- OZB-lasten voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde
- Rioolheffing voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde
- Afvalstoffenheffing voor een gezin
- Eventuele heffingskorting
- Totale woonlasten voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde (A+B+C-D)
- Woonlasten landelijke gemiddelde voor gezin in t-1
Tekstwoonlasten (E) t.o.v. landelijke gemiddelde jaar er voor (F) (E/F) x 100%
Voor een verdere toelichting op het onderdeel belastingcapaciteit verwijzen we naar de paragraaf lokale heffingen en de onderstaande beoordeling.
Beoordeling kengetallen in relatie tot de financiële positie
Alle kengetallen zijn in dezelfde risicoklasse gebleven ten opzichte van het voorgaand jaar.
Weerbaarheid van de financiële positie
De netto schuldquotes, solvabiliteit en grondexploitatie geven een indicatie van de weerbaarheid van de financiële positie.
De netto schuldquote, de netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen en de solvabiliteit zijn verbeterd ten opzichte van 2020, maar geven nog steeds aanleiding tot zorg over de verhouding schuld/eigen vermogen en dientengevolge de rentelast die drukt op de begroting.
De netto schuldquotes zijn de afgelopen jaren (sterk) gedaald van ca. 130% (meest risicovol) naar net onder 100% (neutraal niveau). Hiermee is voldaan aan de doelstelling uit het raadsprogramma 2018-2022. Dit resultaat is in de jaren 2020 en 2021 vooral bereikt door een relatief sterke stijging van de baten als gevolg van extra (incidentele) middelen van het Rijk (niet beïnvloedbaar), en tegelijkertijd een lichte afname van de schulden (wel beïnvloedbaar).
De solvabiliteit is ook verbeterd maar nog steeds op een risicovol niveau en ver weg van een acceptabel niveau. De genoemde 3 kengetallen tezamen en de achterliggende ontwikkelingen geven aan dat de schuldpositie nog steeds onvoldoende is voor een gezonde financiële positie.
Het kengetal grondexploitatie is van voldoende niveau. Het aantal en de financiële omvang van de grondexploitaties is laag, wat verklaard wordt door de beperkte mogelijkheden binnen onze gemeente. Dit maakt dat de grondexploitaties relatief weinig risico gegeven op de financiële positie.
Wendbaarheid van de financiële positie
Bij de wendbaarheid van de financiële positie gaat het om de structurele exploitatieruimte en de belastingcapaciteit.
Het positieve teken en de stijging van de structurele exploitatieruimte laat zien dat de structurele lasten voldoende en meer worden gedekt uit structurele baten, wat bijdraagt aan de versterking van het eigen vermogen.
De belastingcapaciteit is (zeer) hoog; de stijging van de woonlasten is hoger dan het landelijk gemiddelde (in het voorgaande belastingjaar). Op basis van dit kengetal is de belastingdruk voor inwoners hoog. Verhoging van belastingen om de financiële positie te verbeteren betekent een nog hogere belastingcapaciteit.